Dakisolatie is een uitstekende en relatief goedkope manier om energie te besparen. Maar als er bij de plaatsing iets fout loopt, kunnen vocht- en schimmelproblemen ontstaan of is je investering een pak minder rendabel dan gewenst.
Als je weet waarop je moet letten, kan er gelukkig weinig verkeerd gaan. We verzamelden 7 vaak voorkomende fouten om uit te leren, zodat jouw isolatieproject goed afloopt.
Fout 1: Te weinig isolatie
Het is een fabeltje dat een te dikke isolatielaag schimmel veroorzaakt. Te veel isoleren bestaat niet. Juist op een plek waar de isolatielaag te dun is of ontbreekt, en er daardoor een luchtlaag ontstaat, is de kans op vochtproblemen groter.
De normen betreffende isolatie(dikte) worden steeds strenger. Als je vandaag kiest om te isoleren, gebruik dan de normen van overmorgen!
Fout 2: Binnenzijde niet lucht- en dampdicht
Door druk- en temperatuurverschillen ontstaan er luchtstromen. Wanneer warme binnenlucht door je isolatie sijpelt en circuleert tussen en door je isolatie, verlies je een groot stuk rendement. Bovendien condenseert warme en vochtige lucht in contact met het (koudere) isolatiemateriaal, met vochtproblemen of schimmels tot gevolg. Je lost dit op door:
- Lucht- en dampdichte folie aan te brengen.
- Alle naden af te plakken met aangepaste tape.
- Openingen af te kitten of op te vullen met PUR-schuim.
- Voldoende ventilatie te voorzien. De vochtige lucht moet ergens naartoe.
Fout 3: Buitenzijde niet winddicht en niet dampopen
Elke constructie moet aan de buitenzijde van een woning beschermd worden tegen regen en wind. Niemand wil een lekkend dak. Maar ook winddichtheid is belangrijk. Anders blaast koude lucht door je isolatie met warmteverlies tot gevolg.
Bovendien wil je dat je dak ademt. Vocht in je isolatielaag kan hierdoor verdampen. Vergelijk het met een winterjas. De koude lucht moet buiten blijven, de warmte binnenin, maar tegelijkertijd wil je dat de jas ademt om zweet af te voeren. Isoleer de buitenzijde daarom dampopen en winddicht.
Fout 4: Luchtspouw tussen het dak en de isolatie
In het verleden voorzag men soms een luchtspouw tussen de isolatie en het dak om te ventileren. Het enige wat je hierdoor echter bereikt, is dat je rendement verliest door convectie (warmte die zich door materiaal verplaatst) en luchtstroming. Ook het risico op condensatie is groter door de aanvoer van vochtige lucht. Het is dus beter om geen luchtspouw toe te passen en de ruimte tussen je buitenmuren en je dak volledig op te vullen met isolatiemateriaal.
Fout 5: Isolatie te hard aandrukken
Overdreven samendrukken van (zacht) isolatiemateriaal heeft warmteverlies tot gevolg. Isolatiemateriaal werkt juist zo goed door de lucht die erin gevangen zit. Wanneer je alle lucht eruit perst, geleidt isolatiemateriaal warmte/koude in plaats van te isoleren.
Tip: Zorg altijd voor op maat gesneden breedtes en diktes. Snij de stroken iets breder dan de afmetingen (1 à 2 cm.) zodat ze mooi aansluiten (en dus winddicht zijn), maar niet te hard samendrukken.
Fout 6: De verkeerde materiaalkeuze
Er zijn heel wat soorten isolatiemateriaal. Isoleren doen ze allemaal uitstekend, maar het kan zeker geen kwaad om op voorhand goed in te schatten wat voor jou de beste keuze is:
- Plaats het juiste materiaal op de juiste plaats. Zachter isolatiemateriaal laat zich makkelijker plaatsen in een houten frame. Harde isolatieplaten zijn perfect voor vlakke ondergronden.
- Kies voor isolatie met een betere dampdichtheid in ruimtes met warme, vochtige lucht.
- Denk na over brandveilige isolatie, bijvoorbeeld boven technische ruimtes.
- Houd rekening met de akoestische prestaties van het materiaal wanneer je storende geluiden wil buitensluiten.
- Ga na of het materiaal milieuvriendelijkheid of duurzaam is op lange termijn.
Fout 7: Slecht advies of géén advies
Zelf isoleren is en blijft, ondanks de bovenstaande tips, een uitdagende klus. Vraag daarom advies van een ervaren vakman. Je isoleert ten slotte maar één keer.