Het effect van digitale meters op je zonnepanelen

Heel wat eigenaars van zonnepanelen breken zich vandaag het hoofd over de invloed van een digitale meter op het rendement van hun zonnepaneleninstallatie. Blijven mijn groenestroomcertificaten behouden? Wat betekent het verdwijnen van de terugdraaiende teller voor mij? Klopt het dat ik kan worden vergoed voor de stroom die ik op het net injecteer? De komst van de digitale meter zorgt voor heel wat vragen en die beantwoorden we met plezier.

In 2017 keurde de Vlaamse Regering het ontwerpdecreet goed over de vervanging van alle elektriciteitsmeters tot 56 kVA door digitale meters. In januari 2019 startte Vlaanderen met de uitrol van de zogenaamde ‘slimme meters’. Ook in Brussel en Wallonië worden de oude meters stilaan vervangen door digitale meters. Naar de laatste stand van zaken.

Wat met je groenestroomcertificaten?

Zonnepaneleneigenaars vragen zich af in welke mate de plaatsing van een digitale meter een invloed zal hebben op de rendabiliteit van hun zonnepanelen. Bij de oudere installaties hangt de rendabiliteit nauw samen met het recht op groenestroomcertificaten. Ontvang je vandaag al certificaten, dan zal dat ook zo blijven nadat er bij je thuis een digitale meter is geplaatst.

Wat met je terugdraaiende teller?

De traditionele ferrarismeters kunnen terugdraaien, waardoor je stroomverbruik gecompenseerd kan worden met je stroomproductie. Bij een digitale meter, die de stroomproductie en de stroomafname apart meet, ligt dit anders. Digitale meters hebben niet één, maar twee tellers: één die de afname van elektriciteit van het net meet en één die de eventuele injectie meet. De digitale tellers draait dus niet terug.

Heb je vandaag zonnepanelen op je dak en een analoge meter, dan geniet je nog even van het voordeel van de terugdraaiende teller. Wanneer je aan de beurt bent voor een digitale meter, dan vervalt dit principe en val je net zoals elke andere zonnepaneleneigenaar onder het nettarief werkelijke afname.

Wat met het prosumententarief?

In Vlaanderen

Zonnepaneleneigenaars met een digitale meter vallen vandaag automatisch onder het systeem van het nettarief werkelijke afname. In dit systeem betaal je geen prosumententarief meer maar distributienetkosten op je bruto-werkelijke afname. Verder kun je dankzij zogenaamde terugleveringscontracten een vergoeding krijgen voor elke kWh die je op het net injecteert. Meer over injectietarieven hier.

In Wallonië

Wallonië introduceerde het prosumententarief op 1 oktober 2020. Verbruikers kunnen sindsdien kiezen tussen een capaciteitstarief (vergelijkbaar met het Vlaamse prosumententarief) of een proportioneel tarief (vergelijkbaar met het nieuwe tariefsysteem in Vlaanderen).

Vanaf 1 januari 2023 zal de plaatsing van een slimme elektriciteitsmeter systematisch plaatsvinden bij personen met een budgetmeter, wanneer de energiemeters vervangen dienen te worden, bij nieuwbouw en klanten die er zelf om vragen. De enige uitzondering zijn personen die dit jaar nog zonnepanelen plaatsen. Zij hebben nog recht op een terugdraaiende teller tot 2030, maar ze betalen wel het prosumententarief.

Kan je de plaatsing van een digitale meter weigeren?

Voor installaties na 2021 voorziet de Vlaamse wetgeving dat distributienetbeheerder Fluvius in principe je stroomtoevoer mag dichtdraaien als je weigert om een digitale meter te plaatsen. In de praktijk zal dat waarschijnlijk niet gebeuren omdat het parlement besliste dat er niemand afgesloten mag worden. Brussel zal pas na een evaluatie van de digitale meters overgaan tot een algemene uitrol. In het Waalse Gewest kun je vanaf 1 januari 2024 de plaatsing van je digitale meter ook niet meer weigeren.

Blijft investeren in zonnepanelen rendabel?

Hoewel de steunmaatregelen vanuit de overheid afnemen, blijft het een interessante investering om zonnepanelen te plaatsen, door hun gunstige prijs en rendement.