De verschilmakers #47: Necrete 

Dat vliegtuigen niet lief zijn voor de planeet, is geen geheim. Maar wist je dat het huis waarin je woont en het fietspad waarover je fietst niet veel beter zijn? Een van de onbekende maar grootste vervuilers is … cement! Reden genoeg voor ingenieurs Michiel en Yannick om te experimenteren. Het resultaat? Necrete. Daar wilden we bij Luminus meer over weten! Een gesprek met Yannick.

Vertel eens. Wat is Necrete en hoe is het allemaal begonnen?

Yannick: “Michiel, mijn compagnon, deed jaren geleden een tijdje onderzoek naar zwavel in beton, en als ingenieurs in de chemie vonden we dat natuurlijk geweldig. We wisten allebei dat beton, of toch het cement dat erin zit, een gigantische vervuiler is. Wat kunnen wij daaraan doen? Dat vroegen we ons af. Het moet in het jaar 2016, misschien 2017, zijn geweest dat er plots aandacht kwam voor de problematiek, mede dankzij investeringen door grote namen als Jeff Bezos en Bill Gates. Vanaf dat moment zijn we beginnen experimenteren met onder andere  CO2 uitgeharde beton, maar ook met geopolymeren … Zonder succes. Uiteindelijk kwamen we terug uit bij het eeuwenoude, originele recept met zwavel. (lacht) Het was een werk van lange adem, maar het is ons toch gelukt om een ‘groener’ beton te maken, dat we doopten tot Necrete. Klimaatneutraal beton.”

Is het beton dat wij kennen dan zo vervuilend?

Yannick: “Toch wel. Belangrijk om te weten is dat het niet per se om beton gaat, maar om het cement dat erin zit. Om dat te maken, is er een chemische reactie nodig die ontstaat door meerdere grondstoffen te mengen en die dan te verwarmen op een temperatuur van 1.400 °C of meer. Alleen al de energie die nodig is … En dat is nog niet alles, want vanuit de oven ontsnapt er gigantisch veel CO2 in de lucht. De productie van cement is uiteindelijk ‘goed’ voor 8% van de wereldwijde CO2-uitstoot. Dat is zelfs méér dan alle wagens, boten en vliegtuigen samen.” 

Jullie beton is klimaatneutraal, recycleerbaar en zuurbestendig. Kan je dat eens uitleggen?

Yannick: “In het beton van Necrete zit géén cement. Het is een van de grootste vervuilers, dus hebben we ervoor gekozen om het niet meer te gebruiken. In het klassieke beton is cement de lijm, in die van ons is dat zwavel. Het grote voordeel is dat onze cementvervanger niet gebakken moet worden op 1.400 °C, maar op minder dan 200 °C, waardoor het elektrisch kan. Met groene stroom. Milieuvriendelijk? Check! De recycleerbaarheid en de zuurbestendigheid spreken een beetje voor zichzelf, denk ik. Ons beton werkt niet chemisch maar fysisch. Dat wil zeggen dat het staalhard wordt als het afkoelt, maar dat het ook weer opgewarmd kan worden om er iets nieuws van te maken. Omdat het chemisch inert is, kan het beton ook tegen zure gassen en vloeistoffen. Ideaal voor rioolbuizen en runderstallen, bijvoorbeeld.” 

“Een kleine primeur: achter de schermen zijn we al een tijdje bezig met 3D-betonprinting, en dan denken we bijvoorbeeld aan op maat gemaakte zwembaden of voorgevels.”

Wie is jullie doelgroep precies?

Yannick: “De klanten van Necrete zijn betoncentrales en betonverwerkers. Dat zijn bedrijven die zich vooral focussen op prefab (producten die in een fabriek of werkplek worden gemaakt en elders geïnstalleerd worden, red.) zoals rioolbuizen, waterputten en stadsmeubilair. Het beton is ideaal voor onder water, onder de grond en under siege.” 

Wat is het voordeel voor jullie afnemers?

Yannick: “Het duurzame verhaal is, zeker ook voor hun eigen klanten, een grote plus. Maar dat is natuurlijk niet het enige. De uitharding is sowieso een mooi voordeel. Als je een klassieke betonnen vloer giet, duurt het bijna een hele maand vooraleer die steenhard is, terwijl je op onze vloer al na maximum twee dagen mag rijden, zelfs met een heftruck. Dan vergeet ik bijna de ontmalling! Rioolbuizen of waterputten worden gegoten in mallen. Die zijn ontzettend duur dus wil je ze het liefst zo snel mogelijk opnieuw kunnen gebruiken. Normaal gezien duurt het tot twee dagen voor je zo’n mal mag weghalen, zeker voor de grote mastodonten, bij ons is dat maar enkele uren. De recycleerbaarheid en de zuurbestendigheid zijn natuurlijk ook mooi meegenomen. Met Necrete kunnen nu zelfs rioolbuizen uit beton gemaakt worden.” 

Hoe ziet de toekomst van de (industriële) bouw er volgens jullie uit?

Yannick: “Als we onze klanten mogen geloven, en dat doen we, zal er in de toekomst meer en meer aan offsite-productie gedaan worden. Door in een geconditioneerde ruimte te produceren, nemen de kwaliteit en de efficiëntie alleen maar toe. Daarnaast zijn heel wat klanten druk bezig met digital twins: een digitale weergave van een object. Het zou kunnen dat over enkele jaren een huis in slechts twee dagen gebouwd wordt, waarvoor je vroeger weken of zelfs maanden nodig had.” 

Hebben jullie nog wilde plannen voor de toekomst met Necrete?

Yannick: “Een kleine primeur: achter de schermen zijn we al een tijdje bezig met 3D-betonprinting, en dan denken we bijvoorbeeld aan op maat gemaakte zwembaden of voorgevels. In Antwerpen staan ontzettend veel mooie herenhuizen, maar het is niet evident om zomaar de façade op te knappen. Daar willen we verandering in brengen. Later willen we er eventueel een database met tal van iconische gebouwen aan koppelen om inspiratie te putten. Denk maar aan het Belfort in Gent, of ’t Schoon Verdiep in Antwerpen. Zo kan de charme van een oude stad beter behouden worden.”  

Zijn jullie ook thuis bezig met een bewuste en duurzame levensstijl?

Yannick: “Absoluut! Michiel is een fervente fietser. Hij heeft het lang volgehouden om elke dag zestig kilometer te fietsen om op zijn werk te geraken. Zelf eet ik wat minder vlees en neem ik minder vaak een vliegtuig. Met de trein kom je ook ver. En in de winter heb ik een trui extra aangetrokken om de verwarming wat lager te kunnen zetten. Het zijn kleine inspanningen, maar het is een begin.” 

Nog een leuke afsluiter: welke toptip zouden jullie de lezers nog geven als het gaat om een duurzamere levensstijl?

Yannick: “Alle begin is moeilijk, dus gooi je levensstijl niet te drastisch om. Start met een kleine eerste stap. Breng de kinderen eens naar school met de fiets en kook een keer per week vegetarisch. Zoek iets waar je (bijna) geen last van hebt. Of stap mee als vrijwilliger in een onderzoek naar duurzaamheid.”